Voorbeeld van een patiënte die lokale hyperthermie krijgt aangeboden tegen levermetastasen.
Voorbeeld van een patiënte die lokale hyperthermie krijgt aangeboden tegen levermetastasen.
Kankercellen zijn ook in staat zich voor het immuunsysteem te verbergen (zich te vermommen) om aan opsporing te ontkomen. Algehele hyperthermie en gelokaliseerde hyperthermie ontregelen beide dit vermommingsmechanisme. Of het nu gelokaliseerde hyperthermie of hyperthermie van het gehele lichaam op koortsniveau is, iedere graad verhoging van de temperatuur zorgt ervoor dat kankercellen onder grotere stress komen te staan, tot de melkzuurproductie zo hoog is geworden dat de kankercel erin dreigt te verstikken. De kankercellen proberen hun naderende dood af te wenden door al hun energie op het overleven te richten, waarbij ze hun ontsnappings-mechanismen laten varen. Op het moment dat de kankercellen hun ontsnappingsmechanismen laten varen, kunnen ze gemakkelijker worden opgespoord door dendritische cellen, die nu de ‘naakte’ of onverhulde kankercellen beter kunnen ‘zien’. Het gevolg hiervan is dat de dendritische cellen beter in staat zijn om een beeld te vormen van de vingerafdruk van de kankercellen – hun profiel of antigeen. Zoals Robert Gorter opmerkt: De apparatuur voor elektrohyperthermie die bij gelokaliseerde hyperthermie wordt gebruikt levert geen risicoop brandwonden op en kan zeer nauwkeurig op een gebied van het lichaam worden gericht. Anders dan bij de algehele hyperthermie op koortsniveau kunnen we bij deze gelokaliseerde techniek de tumorcellen selectief verwarmen. Dit stelt ons in staat om ingrepen te verrichten in gebieden van het lichaam die normaal gesproken moeilijk te behandelen zijn, zoals de longen, de botten en het hoofd. Het gegeven dat hyperthermie doeltreffend kan zijn bij de behandeling van hersentumoren is recentelijk bevestigd door een fase III-onderzoek bij patiënten met hersenletsel, waaruit bleek dat hyperthermie in vergelijking met radiotherapie en medicamenten substantieel betere resultaten opleverde wat ziektevrije tijd en overlevingskans betrof. Gelokaliseerde hyperthermie is een uiterst effectief middel om kankercellen te vernietigen zonder toxiciteit te veroorzaken, vooral wanneer deze gebruikt wordt in combinatie met andere immuunondersteunende therapieën zoals infusies met vitamine C, thymuspeptiden en maretakextract. Bovendien krijgen de meeste patiënten injecties met dendritische cellen omdat het verwarmingsproces kankercellen kwetsbaarder maakt voor vernietiging door het immuunsysteem. De werkzaamheid van de vaccinaties met dendritische cellen wordt versterkt door ze eenvoudig tijdens of direct na een koortsperiode te injecteren. In het Medical Center Cologne worden zelfs patiënten met primaire of secundaire hersentumoren of metastasen in borsten of longen op deze manier met succes behandeld, zonder enige bijwerkingen. Uit onderzoek blijkt dat ongeveer 72 procent van alle patiënten met glioblastoma multiforme in fase IV binnen het eerste jaar na de diagnose overlijdt en dat slechts 1 procent nog drie jaar overleeft. In het Medical Center Cologne treedt bij 48 procent van alle patiënten met glioblastoma multiforme in fase IV volledige en langdurige remissie op, na een behandeling met ten minste drie vaccinaties met dendritische cellen en 24 sessies lokale hyperthermie.
Zoals gezegd zijn er tot op heden bij benadering 2800 artikelen gepubliceerd over plaatselijke of gelokaliseerde hyperthermie. Van de vijftig recentste onderzoeken naar gelokaliseerde hyperthermie had het merendeel (32) betrekking op het gebruik van hyperthermie gecombineerd met chemotherapie.
Het grootste deel van de andere onderzoeken evalueert gelokaliseerde hyperthermie in combinatie met operatieve ingrepen en radiotherapie. De overige onderzoeken betroffen een vorm van immunotherapie in combinatie met plaatselijke hyperthermiebehandelingen (voornamelijk tumornecrosefactor (TNF-)alfa).
Onderzoekers hebben vastgesteld dat conventionele behandelingen (bijv. chemo- en radiotherapie) in combinatie met gelokaliseerde hyperthermie duidelijk effectiever zijn en minder bijwerkingen vertonen dan wanneer ze op zichzelf worden gebruikt. Slechts een handvol klinische tests is gericht op gelokaliseerde hyperthermie als een op zichzelf staande behandelvorm, misschien door een gebrek aan economische stimulansen.
Wij voorspellen dat patiënten die een niet-toxische aanpak van kanker wensen in de toekomst met gelokaliseerde hyperthermie zullen worden behandeld, gekoppeld aan een vorm van immunotherapie zoals die in het Medical Center Cologne wordt aangeboden.
Overgaard, J. (2006). Effect of hyperthermia on malignant cells in vivo: A review and a hypothesis. Cancer, 39(6), 2637-2646.
Twenty years ago, Teun van Vliet was twice an indoor world champion cyclist and in 1988 wore the yellow jersey in the Tour de France.
In 2001 he was diagnosed with a brain tumor and in 2006 an inoperable recurrence of the tumor was detected. Teun had another round of brain surgery (“debulking”) and also received radiation treatment. This caused him to lose his power of speech, and to some degree he also lost memory and coordination.Within conventional oncology, nothing could be done for him. He was told that he had a year left to live at the most. Teun and his girlfriend decided to seek a second opinion and they went to Cologne to consult with Dr. Gorter, who advised him to do local hyperthermia in combination with immune therapy.
Teun van Vliet’s remarkable recovery from end-stage primary brain cancer has been written up in the following book: Bindels, G. (2010). Teun van Vliet-Drank, Vrouwen, de Koers en de Dood. Leeuwarden, The Netherlands: Elikser B.V.